Oscar Wilhelmus Laurentius Wolters
1914 - 1944 (29 jaar)-
Naam Oscar Wilhelmus Laurentius Wolters Geboorte 20 dec 1914 Venlo 
Geslacht Mannelijk Recordnummer 143670 Overlijden 5 sep 1944 Vught Aantekeningen - Woonde in Amsterdam, Prinsengracht 731 bv. Zoon van arts Oscar Karel Marie Hubert Wolters (11 september 1875 Venlo - 22 december 1940 Venlo) en Aline Marie Wilhelmine Hubertine van Liebergen (16 februari 1877 Venlo - 29 april 1956 Venlo). Ongehuwd (verloofd met A. Ruivekamp, later A. Melkert-Ruivekamp). Medisch student aan de Gemeentelijke Universiteit van Amsterdam. Lid van het Vrije Dispuutsgezelschap O.D.O.L.E.H. van het Amsterdams Studenten Corps. Rooms-Katholiek. Verzetsdeelnemer onder de schuilnamen Dokter O. de Blécourt als hij mensen moest keuren en Otto Weber als vrachtautochauffeur die voor het verzet moest rijden. Volgens het Nationaal Monument Kamp Vught stond hij bekend als 'een intelligent, scherpzinnig observator die snel en slagvaardig reageert.' Hij was lid van het Studentenverzet. Oscar, die vernoemd was naar zijn vader, weigerde de loyaliteitsverklaring te ondertekenen. Die verklaring legde vast dat alle geldende wetten, bepalingen, beschikkingen en verordeningen van de bezetter dienden te worden nageleefd. Wanneer de verklaring niet werd getekend, betekende dat - in ieder geval voorlopig - het einde van de studie. Wolters sloot zich aan bij de organisatie Luctor et Emergo (later Fiat Libertas geheten), die zich bezig hield met het laten ontsnappen van neergestorte piloten. Verder bracht hij joodse bezittingen in veiligheid, keurde hij voor de verplichte tewerkstelling in Duitsland opgeroepen personen af en schaduwde hij vermoedelijke verraders of handlangers van de bezetter. Volgens Cammaert ging hij in de zomer van 1944 samen met Johannes Melchior Voskuil (9 juli 1918 Edam) in opdracht van de Geheime Dienst Nederland uit Amsterdam richting Zwitserland. Zij hadden microfilms van het Duitse V2-wapen bij zich. Die moesten uiteindelijk in Engeland terechtkomen. In Brussel werden zij echter op 22 juni 1944 gearresteerd*. Het Nationaal Monument Kamp Vught wijst er in dit verband op dat de groep al sinds eind 1943 was geïnfiltreerd. Op verdenking van spionage zijn beide mannen naar de Polizei- und Untersuchungsgefängnis in Haaren getransporteerd en later overgebracht naar de bunker van Kamp Vught. Op 5 september 1944 – Dolle Dinsdag – werden ze samen met een kleine zestig andere gevangenen gefusilleerd. Hun namen prijken op het oorlogsmonument op de fusilladeplaats en de herdenkingswand in het Nationaal Monument Kamp Vught.
(*Op de site Dodenboek Venlo is op basis van informatie van Ben Wegman een wat andere lezing te vinden. Volgens deze site zijn Wolters en Voskuil op 2 augustus 1944 namens de BM koeriers van The Netherlands Intelligence Department uit Amsterdam vertrokken.)
Wolters is gecremeerd in het concentratiekamp Vught.
Persoon-ID I143670 groeneveld Laatst gewijzigd op 6 jun 2015
Vader Oscar Karel Marie Hubert Wolters, geb. 11 sep 1875, Venlo ovl. 22 dec 1940, Venlo (Leeftijd 65 jaar) Moeder Aline Marie Wilhelmina Hubertina van Liebergen, geb. 16 feb 1877, Venlo ovl. 29 apr 1956, Venlo (Leeftijd 79 jaar) Huwelijk 17 feb 1903 Venlo Gezins-ID F1360829593 Gezinsblad | Familiekaart
- Woonde in Amsterdam, Prinsengracht 731 bv. Zoon van arts Oscar Karel Marie Hubert Wolters (11 september 1875 Venlo - 22 december 1940 Venlo) en Aline Marie Wilhelmine Hubertine van Liebergen (16 februari 1877 Venlo - 29 april 1956 Venlo). Ongehuwd (verloofd met A. Ruivekamp, later A. Melkert-Ruivekamp). Medisch student aan de Gemeentelijke Universiteit van Amsterdam. Lid van het Vrije Dispuutsgezelschap O.D.O.L.E.H. van het Amsterdams Studenten Corps. Rooms-Katholiek. Verzetsdeelnemer onder de schuilnamen Dokter O. de Blécourt als hij mensen moest keuren en Otto Weber als vrachtautochauffeur die voor het verzet moest rijden. Volgens het Nationaal Monument Kamp Vught stond hij bekend als 'een intelligent, scherpzinnig observator die snel en slagvaardig reageert.' Hij was lid van het Studentenverzet. Oscar, die vernoemd was naar zijn vader, weigerde de loyaliteitsverklaring te ondertekenen. Die verklaring legde vast dat alle geldende wetten, bepalingen, beschikkingen en verordeningen van de bezetter dienden te worden nageleefd. Wanneer de verklaring niet werd getekend, betekende dat - in ieder geval voorlopig - het einde van de studie. Wolters sloot zich aan bij de organisatie Luctor et Emergo (later Fiat Libertas geheten), die zich bezig hield met het laten ontsnappen van neergestorte piloten. Verder bracht hij joodse bezittingen in veiligheid, keurde hij voor de verplichte tewerkstelling in Duitsland opgeroepen personen af en schaduwde hij vermoedelijke verraders of handlangers van de bezetter. Volgens Cammaert ging hij in de zomer van 1944 samen met Johannes Melchior Voskuil (9 juli 1918 Edam) in opdracht van de Geheime Dienst Nederland uit Amsterdam richting Zwitserland. Zij hadden microfilms van het Duitse V2-wapen bij zich. Die moesten uiteindelijk in Engeland terechtkomen. In Brussel werden zij echter op 22 juni 1944 gearresteerd*. Het Nationaal Monument Kamp Vught wijst er in dit verband op dat de groep al sinds eind 1943 was geïnfiltreerd. Op verdenking van spionage zijn beide mannen naar de Polizei- und Untersuchungsgefängnis in Haaren getransporteerd en later overgebracht naar de bunker van Kamp Vught. Op 5 september 1944 – Dolle Dinsdag – werden ze samen met een kleine zestig andere gevangenen gefusilleerd. Hun namen prijken op het oorlogsmonument op de fusilladeplaats en de herdenkingswand in het Nationaal Monument Kamp Vught.
