Aantekeningen |
- Uit De Viersprong nr. 117:
Begin 1800 lag er ten noorden van de Van Mandersloostraat nr. 54 een braakliggend terrein dat eigendom was van Geertje Rijneveld, evenals de twee volgende panden met erf, destijds sectie C nrs. 170bis en 170 (het pand op de hoek van de 'poort van De Kwaasteniet' en de Van Mandersloostraat, nu een ingang van De Aarhof). Geertje Rijneveld, stalhouderes en weduwe van Cornelis de Grauw, was eerder gehuwd geweest met Hendrik Kop. Na haar overlijden in 1836 erfde haar dochter Maartje Kop, echtgenoot van Govert van Aken, deze goederen. Er volgden in de loop van de tijd afbraak en herbouw van de panden.
(H.G.: Vermelding van Hendrik Kop moet zijn: Gijsbert Kop.)
(zie verder in deze database bij Arie van der Staaij, geb. 1819)
Ook het pand Van Mandersloostraat nr. 60 behoorde oorspronkelijk toe aan Geertje Rijneveld. Door vererving en verkoop kwam het pand later in handen van Jacobus Th. J. van den Bergh, een goud- en zilverkashouder in Aarlanderveen.
(zie verder in deze database bij Jacobus Theodorus Johannes van den Bergh, geb. 1847)
Vervolgens was ook het pand Van Mandersloostraat nr. 44 in 1832 van Geertje Rijneveld.
(zie verder in deze database bij Dirk Treur, geb. 1833)
Streekarchief Rijnlands Midden:
protocollen Alphen 1795-1798
inventarisnummer 45
bladzijde 102v
datum 04-12-1797
inhoud Op 21-09-1797 compareerde Cornelis van der Lee, notaris te Aarlanderveen, Geertje Rijneveld, weduwe van Gijsbert Kop, wonende te Aarlanderveen Lage Zijde ter eenre en Bouwen Dirksz van Wijk en Louwrens Rijnevelt, wonende te Alphen, als voogden over haar minderjarige kinderen Maartje Kop, oud 18 jaar, Neeltje Kop, 16 jaar, Jannigje Kop, 14 jaar, Jacob en Hendrik Kop, oud 6 jaar ter andere zijde. Geertje Rijneveld gaat hertrouwen en dus moet het vaderlijk erfdeel de kinderen toekomend worden vastgesteld. Geertje Rijneveld blijft in bezit van alle roerende en onroerende goederen, mede van alle schulden en lasten hierbij behorend. Ze zal haar kinderen onderhouden en opvoeden tot de leeftijd van 25 jaar. Aan ieder van hen zal dan uitgereikt worden een bedrag van 722 gulden 5 stuivers en 1/20 deel van het onverdeeld gebleven aantal effecten en in schulden.
plaatsnaam Alphen
protocollen Alphen 1799-1803
inventarisnummer 46
bladzijde 194
datum 04-04-1803
inhoud Bouwe Dirksz van Wijk, wonende te Alphen, Cornelis de Graauw, getrouwd met Geertje Rijneveld, die eerder weduwe was van Gijsbert Kop, diens erfgename volgens testament voor Thomas Burchardus de Bock, notaris te Oudshoorn d.d. 12-10-1776, en Maartje van Rijn, weduwe van Daniël Vergunst, mede diens erfgenaam met haar kinderen, volgens testament voor de secretaris van Aarlanderveen d.d. 19-09-1776, verkoopt aan Pieter Busink, gaarder van 's-lands collectieve middelen te Alphen, een erf of tuin, deels onder Zwammerdam, deels onder Alphen, groot 150 roeden, strekkend van de straat tot in de Kuil, belend ten westen de Steenwijk, ten oosten deels Anthonij Sam, deels het gevangenhuis van Voshol, deels de Buurwijk. Koopsom 500 gulden.
plaatsnaam Alphen
protocollen Alphen 1807-1808
inventarisnummer 49
bladzijde 33v
datum 25-06-1807
inhoud Bewijs van eigendom van Geertje Rijneveld, weduwe van Gijsbert Jacobsz Kop, vrouw van Cornelis de Grauw als enig erfgenaam van haar voornoemde man volgens testament voor Thomas Burchardus de Bock, notaris te Oudshoorn d.d. 12-10-1776, van de helft van 9 morgen 200 roeden land in de Steekt, nog 11 morgen 538 roeden in de polder achter de Kerk en Zanen, noog 350 roeden land gelegen als het vorige onder Alphen.
plaatsnaam Alphen
|