Henriette Goverdina Anna van der Schalk

Vrouwelijk 1869 - 1952  (82 jaar)


Persoonlijke informatie    |    Media    |    Alles

  • Naam Henriette Goverdina Anna van der Schalk 
    Roepnaam Jet 
    Geboorte 24 dec 1869  Noordwijk-Binnen Vindt alle personen met gebeurtenissen op deze locatie 
    Geslacht Vrouwelijk 
    Recordnummer 437043 
    Overlijden 21 nov 1952  Amsterdam Vindt alle personen met gebeurtenissen op deze locatie 
    Aantekeningen 
    • Bij de afbeeding:
      Portret door Michel de Klerk
      Datering: 1921



      Van Wikipedia:

      Henriette Goverdine Anna Roland Holst-van der Schalk was een Nederlandse dichteres en socialiste. Haar roepnaam was Jet, en bij velen stond ze bekend als 'tante Jet'.

      De dichter Adriaan Roland Holst was een neef van haar echtgenoot.

      Jeugd
      Roland Holst is opgegroeid in woonhuis De Lindenhof in het welgestelde, liberaal-christelijke gezin van notaris Theodoor Willem van der Schalk en Anna Ida van der Schalk-van der Hoeven. Zij ging vier jaar op kostschool in Velp en studeerde Frans in Luik.

      Al snel kwam Roland Holsts talent als dichteres tot ontwikkeling. Ze trouwde in 1896 met de beeldend kunstenaar Richard Roland Holst (Rik) en raakte bevriend met de dichter Herman Gorter, die haar aanzette tot het lezen van Das Kapital van Karl Marx. In diezelfde tijd werd ze politiek actief en begon haar carrière als schrijfster op politiek, historisch en filosofisch gebied.

      Dichtwerk
      Rond 1890 maakte Roland Holst kennis met Albert Verwey, die met Willem Kloos tot de voormannen van de Tachtigers en tot de oprichters van De Nieuwe Gids behoorde. In 1892 leerde ze de kunstschilder Jan Toorop kennen. Ze droeg aan Toorop en Verwey haar eerste sonnetten op: aan Toorop onder andere "'k Ben nu geen vrouw; ik ben nu enkel dichter" en aan Verwey onder andere "Ik wil niet meer als vroeger tot U gaan". In deze gedichten etaleerde ze haar intense behoefte dichter(es) te worden.

      Een van de sonnetten aan Toorop werd in 1892 gepubliceerd en in 1893 verschenen zes van haar sonnetten in De Nieuwe Gids. Haar roem was onmiddellijk gevestigd. Kloos schreef haar: "Laat mij maar dadelijk zeggen, dat u de grootste dichter is, die op ’t ogenblik leeft".[bron?] In diezelfde tijd maakte ze kennis met het werk van Herman Gorter.

      Op 28 juni 1892 kwamen haar vader en haar jongere zuster om het leven door een ongeluk. Kort daarna werd ze ten huize van Albert Verwey voorgesteld aan de beeldend kunstenaar Richard Roland Holst. Hij kende Herman Gorter goed en het duurde niet lang voor ook Roland Holst persoonlijk kennis maakte met Gorter. Gorter was in die tijd al een gevestigd dichter. Hij had in 1889 zijn Mei gepubliceerd. Hij raadde haar aan Plato, Dante en Spinoza te lezen.

      In 1894 verschenen van Roland Holst 25 sonnetten in het eerste nummer van het Tweemaandelijks Tijdschrift van Verwey. In 1896 verscheen de bundel Sonnetten en Verzen in Terzinen geschreven. De vormgeving van de bundel werd verzorgd door Rik. Later zouden nog vele bundels volgen.

      Socialisme
      Op 27-jarige leeftijd werd Roland Holst lid van de SDAP. Ze was daarna avond aan avond bezig in rokerige zaaltjes arbeiders op te roepen tot strijd om hun armzalige lot te verbeteren. Ze kwam in het partijbestuur, en werd in 1900 afgevaardigd naar de Internationale. Op internationale congressen, onder meer de Zimmerwaldconferentie in 1915, had zij ook contact met vooraanstaande marxisten zoals Karl Liebknecht, Rosa Luxemburg en Leon Trotski. Na de Russische revolutie werd ze communiste.

      In 1911 stapte Roland Holst, als orthodox marxiste, uit de SDAP. In tegenstelling tot de meeste andere orthodoxe marxisten stapte ze niet onmiddellijk over naar de SDP (de latere CPN); tegen het advies van Rosa Luxemburg in bleef ze enige jaren partijloos. Wel richtte ze in 1915, samen met een aantal SDAP- en SDP-leden, de Revolutionair Socialistische Vereeniging op. Deze ging een jaar later in de SDP op, waarbij ook Roland Holst overstapte.

      'Rode Jet' speelde ook een rol tijdens de revolutionaire woelingen van november 1918. Op 13 november trok ze met David Wijnkoop aan het hoofd van een stoet op naar de Oranje-Nassau Kazerne in Amsterdam, om zich "met de huzaren te verbroederen". Ingrijpen van de ordetroepen kostte twee doden, de enige slachtoffers van de "revolutie die niet doorging".

      Roland Holst raakte gefrustreerd door de steeds toenemende interne strubbelingen binnen de CPN en zou in 1927 met de CPN breken. Dit was echter niet het einde van haar politieke betrokkenheid. Ze sloot zich aan bij de door de oppositie net opgerichte Bond van Kommunistische Strijd- en Propagandaclubs (BKSP). In het eerste nummer van De Kommunist, het orgaan van de BKSP, schreef zij: 'In het teken der waarachtigheid. Tegen leugen en bedrog als specifiek communistisch strijdmiddel'. Haar opvattingen over ethiek werkte zij nader uit in Communisme en moraal (Arnhem 1925). Daarnaast onderhield ze ook goede relaties met Indonesische nationalisten die in de jaren twintig als student in Nederland verbleven, waaronder Mohammad Hatta. Samen met Hatta nam ze deel aan het oprichtingscongres van de Liga tegen Imperialisme en een congres van de Ligue Internationale des Femmes pour la Paix et la Liberté in het Zwitserse Gland. Tot na de onafhankelijkheid van Indonesië in 1949 bleven Roland Holst en Hatta contact houden.
      1928-1952: religieus-socialiste

      Roland Holst kende diepe inzinkingen. Ze leed aan depressies, aanvallen van anorexia, bloedarmoede en hartziektes maar als ze zich goed voelde, streed ze met een niet aflatende ijver voor een verbetering van de positie van arbeiders, jongeren en vrouwen.

      Haar gedichten waren aanvankelijk hartstochtelijk socialistisch. Ze schreef onder andere de Nederlandse tekst voor het strijdlied De Internationale. Later kreeg haar werk een meer religieus karakter. Ze schreef toneelstukken, biografieën (van Rousseau, Gandhi en Tolstoi), journalistiek werk en hoorspelen.

      Tijdens de Tweede Wereldoorlog was ze actief in het verzet, als redacteur van het verzetsblad De Vonk, later De Vlam. Hoewel steenrijk kon ze zeker geen 'salonsocialist' worden genoemd. Haar rijkdom stond echter wel in schril contrast met het door haar uitgedragen orthodoxe marxisme.

      Aan het eind van haar leven schreef ze de autobiografie Het vuur brandde voort. Ze overleed op 82-jarige leeftijd. Voor haar geboortehuis in Noordwijk is in 1969 een borstbeeld geplaatst.

      Prijzen

      1934 - Prijs voor Meesterschap voor haar gehele oeuvre
      1949 - Prijs voor kunsten en wetenschappen voor haar gehele oeuvre

      Eredoctoraat
      Op 20 mei 1947, ter gelegenheid van de driehonderdjarige herdenking van de sterfdag van Pieter Cornelisz. Hooft, ontving Henriette Roland Holst, samen met Kamiel Huysmans, Pieter Nicolaas van Eyck en Herman Teirlinck een eredoctoraat aan de Universiteit van Amsterdam. Prof. dr. J.M. Romein, die als promotor van Henriette Roland Holst (en van Kamiel Huysmans) optrad, begon zijn toespraak met te vermelden dat de onderscheiding haar door de Faculteit der Letteren en Wijsbegeerte werd toegekend vanwege haar uitnemende verdiensten voor de Nederlandse letteren inzonderheid voor de poëzie en voor de geschiedenis. Wat betreft die verdiensten voor de Nederlandse letteren stelde hij: “gij zijt onze grootste dichteres en meer: een van de grootste dichteressen aller tijden.” Inzake haar verdiensten voor de geschiedenis - waarover Romein meende tenminste met enig gezag te kunnen oordelen - belichtte Romein uit het “overrijke oeuvre” van de promovenda drie titels, die haar het meest typeerden: haar biografie van Tolstoi, haar Revolutionaire Massa-aktie en haar Kapitaal en Arbeid in Nederland. Van deel 1 van het laatste boek zegt Romein: “Uw kapitaal en arbeid I uit 1902 is een meesterwerk, in opzet en van uitvoering.

      Uit het archief met nominaties voor de Nobelprijs voor de Literatuur bij de Zweedse Academie blijkt dat Henriette Roland Holst in 1939 en 1950 genomineerd is geweest voor de Nobelprijs.
    Persoon-ID I437043  groeneveld
    Laatst gewijzigd op 20 mrt 2021 

    Vader Theodoor Willem van der Schalk   ovl. Ja, datum echter onbekend 
    Moeder Anna Ida van der Hoeven   ovl. Ja, datum echter onbekend 
    Huwelijk 1 mrt 1867  Breda Vindt alle personen met gebeurtenissen op deze locatie 
    Gezins-ID F1616247254  Gezinsblad  |  Familiekaart

    Gezin Richard Nicolaus Roland Holst,   geb. ca. 1869, Amsterdam Vindt alle personen met gebeurtenissen op deze locatieovl. Ja, datum echter onbekend 
    Huwelijk 16 jan 1896  Hilversum Vindt alle personen met gebeurtenissen op deze locatie 
    Type: civil 
    • Noord-Hollands Archief:

      Bruidegom
      Richard Nicolaus Roland Holst
      Beroep
      kunstschilder
      Geboorteplaats
      Amsterdam
      Leeftijd
      27

      Bruid
      Henriette Goverdina Anna van Schalk
      Geboorteplaats
      Noordwijk
      Leeftijd
      26

      Vader van de bruidegom
      Adrianus Roland Holst
      Moeder van de bruidegom
      Saapkje Posthumus

      Vader van de bruid
      Theodoor Willem van Schalk
      Moeder van de bruid
      Anna Ida van der Hoeven

      Gebeurtenis
      Huwelijk
      Datum
      16-01-1896
      Gebeurtenisplaats
      Hilversum
      Documenttype
      BS Huwelijk
      Erfgoedinstelling
      Noord-Hollands Archief
      Plaats instelling
      Haarlem
      Collectiegebied
      Noord-Holland
      Aktenummer
      4
      Registratiedatum
      16-01-1896
      Akteplaats
      Hilversum
      Aktesoort
      H
    Gezins-ID F1616247256  Gezinsblad  |  Familiekaart