Aantekeningen |
- In 1716 wordt Hendrick Everts Davelaer, wonende onder Amerongen, stiefvader en momber van de onmondige Ot Gijsberts, zoon van Gijsbert Otten x Arrisjen Hendricks beleend na dode van Gijsbert Otten met de helft van de Haer (Leenboek Huis Scherpenzeel 143 fol. 101vo; 25-08-1716).
In 1734 wordt Otto Gijsbertsen beleend door opdracht van Geurt Brantsen x Geurtien Willems van het Vliet, wonende op de Haer, het vierde deel van de tiend en de helft van het getimmer van de Haer. Gekocht door Otto voor f 2000,= op voorwaarde dat Geurt en Geurtien er tot Petri 1735 op mogen blijven wonen (Leenboek Huis Scherpenzeel 144 fol. 35; 13-08-1734).
In 1749 maakt Otho Gijsbertse van de Haar, wed. Maria Gerrits van Egdom zijn testament. Enige erfgenamen: zijn dochters Arrisjen en Gerritjen van de Haar. De erfenis bestaat uit De Haar (Leenboek Huis Scherpenzeel 144 fol. 65vo; 31-03-1740).
Lidm. Scherpenzeel: 11-04-1751: Otto Gijsbertz van de Haar. Genoemd in lidm. reg. 1756/58.
In 1755 moet Otto Gijsbertsen, op de Haar, de kosten van een mislukte overeenkomst betalen (Recht. Arch. Scherpenzeel 6, nr. 73-75; 19-02-1755 en 04-04-1755).
In 1764 leent Otto Geijsbersen van de Haar f 500,= van Evert Cornelissen Floor x Gertije Otte van de Haar, wonende te Lunteren. Onderpand: De Haar. Geroyeerd 30-12-1783. "Verder geroyeert de 800 gulden aan de erven van Aaltje Harmens voldaan, door uitkoop van Evert Kornelissen Floor" (Leenboek Huis Scherpenzeel 144 fol. 54; 24-02-1764).
In 1764 en 1765 worden akten gemaakt waarin Oth Gijsbertsen van de Haar, Arisje Jans van Ginkel en Aaltje Hermans van Colfschoten worden genoemd (Recht. Arch. Scherpenzeel 8, fol. 17,18; 31-05-1765en 23-10-1764).
Lidm. reg. Scherpenzeel 1771 en 1774/1774: Otto van de Haar, wed, op de Haar.
In 1783 taxeren Hendrik Otten van Davelaar en Evert Cornelissen van Schaaik, namens de erfgenamen van Otto Gijsbertsen van de Haar, het erf de Haar met de halve tiend op f 6300,=. Vervolgens vindt er op 30-12-1783 maaggescheid plaats tussen Everd Floor, wed. Gerritje Otten van de Haar, voogd over zijn drie onmondige kinderen, momber: Teunis Floor en Hendrik Petersen x Arrisjen Otten van de Haar aan de ene kant. Jan Otten van de Haar, wonende op de Haar, aan de andere kant. Jan krijgt het erf de Haar met de halve tiend, bestaande uit twee lenen. De schulden groot f 900,= worden van de f 6300,= afgetrokken, blijft f 5400,=, dus iedere erfgenaam f 1800,=. Jan koopt de anderen uit door het geld van hen te lenen (Leenboek Huis Scherpen
zeel 144 fol.152-154; 30-12-1783).
|