| Aantekeningen |
- Streekarchief Rijnlands Midden:
protocollen Oudshoorn 1664-1671
inventarisnummer 7
bladzijde 236
datum 06-06-1670
inhoud: Elisabeth Pieters, weduwe van Sijmon Dricksz van Swieten met haar voogden Dirck Cornelisz van Swieten en Cornelis Dircksz van Swieten, ter eenre en Sijmon Lourisz van de Laen, getrouwd met Trijntgen Pietersdr, ter andere zijde, beiden kinderen van Jannetgen Reijers, weduwe van Pieter Jansz in 't Velt, beiden overleden. Regeling der boedelscheiding. Elisabeth Pieters ontvangt het huis, berg, schuur en beplanting met 11 morgen 1 hond 35 roeden land in de Grote polder van Oudshoorn, strekkende uit de Aar tot in de Zegersloot, belend ten westen Gerrit van Vilsteren, heer Van der Straten en ten oosten de kinderen van Aeltgen Claes; 3 morgen land, strekkende uit de Aar tot in de Zegersloot, belend ten oosten Sijmon Lourisz van de Laen en ten westen Aeltgen Claesz; nog 2 morgen 4 hond land, strekkende uit de Aar tot Aeltgen Claes c.s., belend ten oosten Aeltgen Claes en ten westen de kinderen van Michiel Sijmonsz. Sijmon Lourisz van de Laen, getrouwd met Trijntgen Pieters, ontvangt 4 morgen 3 hond 55 roeden land in de Grote Polder van Oudshoorn, strekkende uit de Aar tot in de Zegersloot, belend ten westen Elisabeth Pieters en ten oosten Heijndrick Oosterlingh.
plaatsnaam Oudshoorn
Onderstaande informatie is gebaseerd op een drietal artikelen uit "De Viersprong" (tijdschrift van de Historische Vereniging Alphen aan den Rijn), de nrs. 94, 95 en 96 (uit 2008) met de titel "De Veldhuizen, een verdronken buurtschapje" van J.Ph. Labordus.
(vervolg van het verhaal, zoals beschreven bij zwager Jan Janszn. in 't Velt)
Vanaf 1656 stond Jannetje Reijers met haar twee dochters dus helemaal alleen voor het bedrijf (het boerenbedrijf en venerij (?) in De Veldhuizen; zie eerder bij resp. Pieter en Jan Janszn. in 't Velt). Bij de Quotisatie van 1663 behoorde zij tot de rijken van het ambacht. Haar bijdrage - zij het nog op de naam van haar man - werd vastgesteld op 56 gulden.
Jannetgens jongste dochter, Elisabeth Pietersdr. Boot, trouwde op 22-jarige leeftijd op29 mei 1661 met Sijmen Dirkszn. van Swieten, een jongeman die aan de Oostheul woonde. Zij kregen vier kinderen: Arien (1662, die waarschijnlijk jong gestorven is), Annetje (1663), Niesje (1664) en Marrigje (Marritje, 1665). Sijmen van Swieten overleed al op 41-jarige leeftijd in oktober 1669. De begraafkosten voor de kerk bedroegen 5 gulden.
Trijntje Pietersdr. Boot trouwde in 1662 met Sijmen Louweriszn. (Laurenszn.) van der Laan (ook wel genaamd Lelijvelt of Lelijvelt van der Laan). Het paar woonde op de boerderij bij de Laansbrug in de Lage Rijndijk. Er werden twee dochtertjes geboren: Maritje (1666 - 1686) en Jannetje (1672 - 1707). Sijmen van der Laan was ouderling in 1672-'73 en 1677 - '78. In zijn laatste ambtsjaar overleed hij. Trijntje zou al heel spoedig, in 1679, hertrouwen met Thomas Dircxsen van Swieten. Trijntje overleed evenwel binnen een half jaar.
Jannetje Reijers overleed in januari 1670. Bij de boedelscheiding in juli van dat jaar werden haar bezittingen onder haar twee dochters bij loting verdeeld (zie bovenstaand protocol). De boerderij en omliggend land viel toe aan dochter Elisabeth
(verder bij dochter Elisabeth Pietersdr. Boot).
|
- 1670
ovl. vóór nov 1654 (Leeftijd < 42 jaar)